Richting zomer 2007 - Reisverslag uit Gamba, Gabon van Marrit Das - WaarBenJij.nu Richting zomer 2007 - Reisverslag uit Gamba, Gabon van Marrit Das - WaarBenJij.nu

Richting zomer 2007

Door: Webmaster

Blijf op de hoogte en volg Marrit

22 Juni 2007 | Gabon, Gamba

Richting zomer 2007

Rustieke duinen, twee Mangoestes en nog wat meer
Achter de duinen ligt meestal de zee; in dit geval lag ons een olifant op te wachten. We waren met een stel uit Libreville die wel eens wat dieren wilden zien, op zoek gegaan naar mangoestes. Kleine, vriendelijk diertjes die je altijd ’s avonds ziet wegspringen voor de lichten van de auto. Ja, we zagen een mangoeste. Maar ik met mijn grote mond wist dat we iets verderop nog veel meer mangoestes zouden zien.
Ja, we ontdekten er inderdaad nog één. Een schattige mangoeste, met zijn snuit iets de lucht ingestoken, onder de beruchte duin van Sette Cama richting Pointe. Bovenop de duin was echter nog iemand. Een grote, donkerschim, een enorme olifant. Eerst leek hij slechts geïrriteerd en vertrok na ons een aantal tellen te hebben geobserveerd. We meenden echt dat hij vertrok, maar waarheen was niet helemaal duidelijk. We hadden al zo vaak olifanten gezien, dus echt bang waren we niet. In ieder geval wisten we dat deze plek geen goede plek was om stil te blijven staan. Het zand was mul, het pad te smal en struiken ontnemen alle zicht op mogelijk gevaar. Keren was echter ook niet mogelijk. Dus we gingen verder, om ergens aan de andere kant van de duin te kunnen keren.
Maar toen we de hoek van de duin omgingen, stond hij daar, met zijn schouders breed naar voren gestoken en zijn poten breeduit in het mulle zand geplant. Hij glimlachte naar ons, sardonisch, als in een cartoon van Tom en Jerry. Maar dit was echt. Hij stond ons achter de duinen op te wachten, ik zweer het, met zijn poten wijd en zijn kop neerwaarts gericht, als dacht hij reeds: ‘ten aanval’. Zijn oren stonden wijd uit en zijn slurf was iets omhoog gericht, als om aan te geven dat het zo dadelijk in luid getrompetter zou overgaan als hij ten aanval ging. Heel fijn. Behalve als jezelf het slachtoffer bent en zeker weet dat je niet een screentest aan het maken bent voor ‘Roger Rabbit 3’.
Jérôme stoof er vandoor. Ik geloof dat ik als enige bleef volgen wat de olifant deed, met mijn ogen in de achteruitkijkspiegel, de rest van ons gezelschap was of verzonken in zijn of haar nachtmerrie of was – Jérôme – naarstig opzoek naar een uitwegmogelijkheid. Ik zag die donkere massa olifant, zijn ogen nog nablinkend in de achterlampen, zijn gedrevenheid enorm, bruisend van fanatisme, zijn snelheid intens. Zonder geluid kwam hij nader, sneller en sneller. Maar ondanks de stilte die hij veroorzaakte, klonk het in mijn oren luidkeels ‘kaboem, kaboem, here I come’.
Jérôme reed grandioos, hij koerste op de mulle, steile duin af die ik vrees sinds we deze route rijden. Hij gaf gas, brandluchten omringden de auto, we vlogen over de top, eindigden met veel te grote snelheid aan de andere kant, maar voor het moment waren we veilig. De vraag was voor hoelang. Na een aantal minuten stilte besloten we de duintop weer op te rijden en daar bestudeerden we de omgeving. Voor zover we konden zien, was die donker en leeg, maar olifanten kunnen zich erg goed in de stilte en duisternis van de nacht verschuilen. Maar goed, voor zover we wisten, zagen we niets.
Jérôme vroeg me of we via het strand zouden kunnen gaan, maar aangezien daar altijd afgezien van het mulle zand, enorme aangespoelde boomstammen op, of verdekt opgesteld in het zand verborgen liggen, vreesde ik een dergelijke route. Zeker als ik me bedacht dat onze grote vriend ook daar kon staan. Maar dezelfde weg terugrijden was ook geen optie. De gedachte aan een olifant aan de andere kant van de duin, die nu niet alleen kwaad, maar misschien inmiddels wel zeer behoorlijk pissig was omdat we wederom zijn gebied betraden en de nacht verstoorden met ons kabaal, onze stank en onze lichten, ook dat was niet een zeer aanlokkelijk idee. Kortom, we kozen voor het strand. Jérôme stoof over het zand, slipte menigmaal, ontweek boomstammen, kortom, met enorme snelheid passeerden we het punt dat we hem verwacht hadden kunnen hebben. Ruim 50 meter verder hielden we wat in. Iedereen keek achterom, speurde of we nog iets van hem zagen. Maar nee. Hadden we hem achtergelaten? Was hij nog steeds aan de andere kant van de duin? Had hij het opgegeven? Net op het moment dat we opgelucht dachten te kunnen ademhalen en naar de weg voor ons te kunnen kijken in plaats van opzij, stond hij voor ons, pontificaal, nog groter ogende dan ervoor. Midden op het pad. En hij grijnsde! Jérôme draaide de auto met een snelheid die normaal gesproken in mul zand niet mogelijk zou mogen zijn, reden we de hele weg in luttele secondes terug over de boomstronken en struiken, tot aan de tweede duin. Daar wachten we opnieuw. We wachtten en wachtten.
Veel later namen we de weg opnieuw, over het strand. De olifant zagen we niet meer. Maar nog steeds zie ik in mijn dromen een olifant op deze wijze achter mij aan rennen, hij wint altijd, tenzij hij er geen zin meer in heeft.

Lionel en de zwarte Mamba
Hij lag nog wat te lezen in bed, toen hij uit zijn ooghoeken iets gewaar werd, een vage, geruisloze vorm die zijn kant op bewoog. Zijn hand die bezig was de bladzijde om te slaan, verstomde en zijn lichaam verstijfde. Lionel, een vriend die woonde in Mayonami en daar lange tijd de haven waarnam, zag de letters van zijn boek verdwijnen in een blinde vlek en was zich alleen nog bewust van het trage voortglijden van een zwart iets. Het gleed over zijn arm die krampachtig het boek stil trachtte te houden, bewoog zich omhoog door de resten van zijn schamele haar, veroorzaakte een lichte irritatie toen het uiteinde zijn linker oor streelde, gleed geluidloos verder over de top van zijn hoofd, daalde af via zijn rechter arm, verliet het bed en vond zonder enige moeite het openstaande raam met uitzicht op de zacht waaiende palmbomen. Lionel ontwaakte uit zijn verstijving, sprong op en greep zijn machete. Buiten op het terras sloeg hij al zijn stoelen en zijn enige nog stabiele tafel aan gort om de zwarte mamba te traceren. Hij ving nog een glimp op toen zij aan de andere kant, geschrokken van al dat geweld, van het terras afgleed richting het oerwoud waar het rustig en veiliger was voor een slang.

De python
Blootsvoets – want dan voel je het gevaar beter onder je voeten – liepen ze door het oerwoud, Pierrot met een stel vrienden. En met blote benen, want dan voel je waar je tegenaan loopt of waar je op stapt. Vaak moet je diepe wateren oversteken, soms tot aan je nek toe. Zo ook op dit moment. Gelukkig waren ze in het bezit van zowel machetes als geweren, mocht er onderwijl iets onaangenaams gebeuren. En toen zagen ze de cobra die met zijn kop fier omhoog hun kant op kwam zwemmen. Ze hielden hun geweer in de aanslag, maar de donkere slang verdween onder water. En dan vraag je jezelf, wat is erger, een slang die je ziet, of één die je niet ziet, maar die misschien wel langzaam naderbij zwemt en die je, je hebt nog geen idee waar, gaat aanvallen? Maar hij kwam boven, een aantal meters verderop en Pierrot en zijn vrienden begaven zich snel in tegenovergestelde richting naar de kant.
Na een aantal meters lopen, hoorden ze een geluid, een breken van takken. Ze hielden in, speurden richting bron van geluid, wachtten, maar zagen of hoorden niets meer. Behoedzaam verplaatsten ze zich enkele meters en zochten de omgeving af op sporen van de veroorzaker: voetstappen, gebroken takjes, afgeknaagde stammen… Toen hoorden ze een ander geluid, een zacht en lieflijk geritsel als het ruisen van de wind. Maar diep in het woud is geen wind zo laag bij de grond. Ze keken omhoog en zagen een python bijna geruisloos naderbij glijden vanaf een 40 centimeter hogere boomtak. Ze reageerden zonder aarzelen. Met één slag van een machete werd de arme python zo goed als onthoofd.
Tragisch, ja. Maar goed, er werd besloten een foto te nemen. De man die de python gedood had, wou worden gefotografeerd met de python rond zijn nek. Hij drapeerde het zware lichaam enkele malen rond zijn nek op zijn schouders en wachtte triomfantelijk tot zijn metgezellen nu eindelijk klaar waren met het schoonmaken van de beslaande lens. Dat duurde langer dan hij verwacht had, zijn hoofd was inmiddels dieprood van kleur, hij kreeg moeite met ademhalen, zijn keel voelde alsof het door een degelijke, ouderwetse mangel gehaald werd en zijn stem was verschrompeld tot een pieperig gekraak toen hij uitbracht dat hij geen lucht meer kreeg. Zijn vrienden snelden toe en trachtten hem te bevrijden. Dat was niet gemakkelijk. Het lijf van de slang zat vast om zijn nek als een rots en nog steeds nam de klemkracht niet af. Iedereen trok aan de gladde, griploze uiteinden van de slang en uiteindelijk lukte het ze hun vriend te bevrijden. Later werd er gelachen, ze zagen de krantenkoppen al voor zich: “Man gewurgd door dode slang”.
En de python? Dood natuurlijk, net als bij een kip blijven de spieren langer leven dan hijzelf.

En Marcus beleeft nu zijn eigen avontuur door in zijn eentje met het vliegtuig naar Port Gentil te gaan om de dierenarts te bezoeken. Hij is ernstig ziek. Misschien een slangenbeet, misschien een andere vreemde, tropische aandoening. Ik hoop dat hij beter wordt!!

Wat een leven!

Prettige zomervakantie!!!

  • 22 Juni 2007 - 17:45

    Ad Brenninkmeijer:

    Moi marrit

    Spannende avonturen maak je mee daar in Afrika. Leuk en onderhoudend op de site gezet. Naast je schrijfvaardigheden beschik je ook nog over een scherp oog voor fotografie.Ik lees je verhalen met
    heel veel plezier! Het ga je goed in je
    geliefde Afrika en hoop je nog eens weer
    in het vertrouwde Groningen te ontmoeten.

    Ad

  • 22 Juni 2007 - 21:10

    Klaas:

    Tot over een paar weken in een totaal veranderd huis op de walstraat. De verhuurkamer is klaar maar er kan nog het een en anderen aan gebeuren en dat hangt af van hoe lang het duurd dat ie weer verhuurd wordt
    Een dikke kufel tut van mij

    klaas

  • 23 Juni 2007 - 00:19

    Reijer:

    Vergeleken met jou heb ik nu een saai leven. De programmeerfouten zorgen nu voor de grootste opwinding.

    Ik zie er naar uit in juli weer met je te dansen.

  • 25 Juni 2007 - 18:06

    Rene:

    Wat heb je toch een fantastisch leven!!!!!

    dikke kus...... en de groet aan Jerome

  • 26 December 2007 - 21:08

    Reijer:

    Hi Marrit,
    Weinig nieuwe berichten op jou weblog de laatste tijd. Maar bij dezen: prettige jaarwisseling en ik ben benieuwd of je weer iets schrijvenswaardigs meemaakt.

  • 14 Februari 2008 - 22:50

    Annetje:

    Alle foto's heb ik gezien, het is al veel te laat, ik moet nodig naar bed, maar ik heb vreselijk genoten van jullie foto's!!
    Hartelijk dank.

    van 1981-1986 woonden ik met mijn ouders in Gabon.
    Case 12 (langs het meer)
    ik dacht dat het veel groter zou zijn geworden, maar alles is het zelfde en jullie doen ook nog dezelfde dingen.

    vriendelijke groeten van Annetje Surie

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Marrit
Actief sinds 30 Nov. -0001
Verslag gelezen: 284
Totaal aantal bezoekers 147088

Voorgaande reizen:

01 Oktober 2005 - 01 Oktober 2011

Mijn verblijf in Gabon

10 Mei 2012 - 30 November -0001

Mijn verblijf in Guinee Conakry

Landen bezocht: